Zowat 200 jaar nadat het schip Two Brothers is vergaan, werd het gevonden op een rif bij Hawaï.
De kapitein van de Two Brothers bezat eerder nog een ander schip om walvissen mee te vangen. Dit tweede schip, de Essex, zonk drie jaar voor de Two Brothers (in 1820) doordat het werd geramd door een walvis. Dit ongeluk inspireerde Herman Melville tot het schijven van het boek Moby Dick.
In de periode toen Two Borthers zonk, voeren er veel walvisvaarders op zee. De vangst van walvissen leverde traan op dat gebruikt kon worden voor olie in bijvoorbeeld lampen.
Kapitein George Pollard (junior, om precies te zijn) was verantwoordelijk voor dus twee boten die hij beide verspeelde. De Essex, die eerder verging dan de Two Brothers, betekende een verblijf op zee van meer dan drie maanden in reddingssloepen, waarbij de bemanningsleden overgingen tot het eten van hun lotgenoten. Door loting werd bepaald wie het volgende slachtoffer zou worden.
Pollard was overtuigd dat een pech in deze omvang zich slechts eenmaal zou aandienen in een mensenleven. Als ware statisticus meende hij dat zijn carrière daarom zeker niet ten einde zou zijn. En inderdaad, men bood hem opnieuw een rol als kapitein aan. Maar in 1823 liep de Two Brothers onder zijn bewind op weg naar Japan (daar waar de walvissen verbleven) op een ondiep rif en brak in tweeën.
Bij deze scheepsbreuk werd de bemanning wel snel gered, maar met de carrière van de kapitein was het gedaan. In zijn haven, in Nantucket, werd hij Jonah genoemd. De man die ongeluk bracht op een schip. Melville, de schrijver dus van Moby Dick, heeft hem ontmoet en heeft zijn verhalen aangehoord. Hij beschreef Pollard als een zeer indrukwekkende man.
In feite werden overblijfselen van het wrak van de Two Brothers al in 2008 gevonden toen maritieme archeologen een anker vonden. Men vermoedde toen al wel dat het van de Two Brothers was, maar pas in 2009, toen men meer zaken terugvond, kon dit echt bevestigd worden. Een belangrijke vondst was die van een speer uit de harpoen die zich op het dek had bevonden. In deze speren werd de naam van het schip gegraveerd zodat een walvis, die geharpoeneerd was, en ontsnapte, een “eigenaar” had.
De vondst van de Two Brothers is belangrijk, omdat in die tijd de technologie sterk veranderde en ieder schip voorzien werd van de laatste snufjes. Ook heeft men ontdekt dat op de Two Brothers veel potten aanwezig waren, wat duidt op het direct verwerken van de gevangen walvis, iets waarvan men lang aannam, dat dit niet gebeurde.
Het is niet uitzonderlijk om in de buurt van Hawaï wrakken te vinden. Alleen al rond de eilandengroep waar de Two Brothers werd gevonden, weet men minstens tien andere wrakken aan te wijzen van schepen die op walvisvaart gingen.