Volg ons  Volg ons op Twitter Volg ons op Facebook

Deel deze pagina:
FaceBook  Twitter

Wie Egypte zegt, zegt vroeg of laat Dolphin House en wie Dolphin House zegt, zegt langsnuitdolfijnen. Fantastisch om in het water te liggen met deze fraaie dieren in de vrije natuur, maar zoals altijd is ook hier weer een keerzijde aan, natuurlijk.

Evolutie

Veel dieren zijn ontstaan uit dieren die ooit in zee ontstonden en langzamerhand richting land migreerden. Bij de walvissen is juist het tegenovergestelde gebeurd. Ooit waren dit op het land levende zoogdieren, die wel wat weg hadden van een kruising tussen vleesetende varkens en herten, die in de zee gingen leven. Dat vond ongeveer 50 miljoen jaar geleden plaats. We weten dit vrij nauwkeurig omdat fossielen gevonden zijn van dieren uit die tijd die typische tussenvormen waren tussen de hedendaagse walvissen en deze landdieren.

Kijk je goed naar een dolfijn, of naar walvissen in het algemeen, dan kun je aan een aantal kenmerken nog steeds zien dat dit het geval was. In hun vinnen bevinden zich bijvoorbeeld botten die je ook bij zoogdieren op het land tegenkomt. Ze hebben melkklieren, een huid die aanvoelt als rubber en over haren beschikken. Daarnaast lijkt de werkvelkolom beter geschikt te zijn voor rennen op het land dan voor het zwemmen in de zee. Maar de aanwezigheid van longen verraadt natuurlijk helemaal waar deze dieren oorspronkelijk vandaan komen.

Het zijn zoogdieren

Dolfijnen zijn walvisachtigen (Cetacea). Van de walvisachtigen zijn meer dan tachtig soorten bekend. Het zijn zonder uitzondering zoogdieren die in het water leven. Omdat het zoogdieren zijn betekent het dat deze dieren warmbloedig zijn, hun jongen levend ter wereld brengen en hen letterlijk zogen. Dolfijnen hebben daarvoor melkklieren, net als andere zoogdieren.

Zoogdieren hebben longen, dolfijnen dus ook en daarom moeten ze af en toe naar boven om lucht te kunnen ademen. Dolfijnen hebben echter veel kleinere longen dan bijvoorbeeld mensen. Ze halen dan ook helemaal niet zoveel lucht per ademteug naar binnen en slaan de lucht ook niet op in hun longen. De zuurstof wordt vooral in het spierweefsel opgeslagen door zich aan een specifiek eiwit te binden. Erg praktisch natuurlijk, want met grote volle longen zou het drijfvermogen tot problemen kunnen leiden.

Slapen en ademen

Als je naar boven moet om te ademen, is het lastig om onder water in slaap te vallen. Dolfijnen hebben daar iets handigs op gevonden: zij kunnen hun hersenhelften onafhankelijk van elkaar in slaap brengen. Ze blijven dus altijd deels wakker als ze aan het slapen zijn. Als je goed oplet zie je dit ook. Ze zwemmen dan vrij rustig met een oog dicht.

Voedsel

De landdieren waar walvissen van af stammen waren voornamelijk vleeseters (carnivoren). De landdieren die zich uit die dieren verder ontwikkelden werden zowat zonder uitzondering planteneters (herbivoren) omdat er teveel concurrentie tussen carnivoren op het land bestond. Walvissen hadden daar veel minder last van zodat veel walvissoorten vleeseters zijn gebleven.

Dolfijnen eten voornamelijk vis, maar kunnen zich ook voeden met onder andere inktvis, octopus of schelpdieren. Om het voedsel zo goed mogelijk te kunnen verteren zorgt een gespecialiseerde spier er voor dat de vis wel, maar het water niet in de maag terecht kan komen.

Intelligent jagen

Om vis te kunnen vangen in open zee is strategie nodig. Dolfijnen jagen dan ook meestal in groepen met een duidelijk plan. Zo is bekend dat dolfijnen vaak samen vis bijeen drijven om vervolgens, de dolfijnen afwisselend, door de dichte school prooi dieren (aasbal genoemd) te laten zwemmen om zich te goed te doen aan het voedsel. Tot veel plezier van bijvoorbeeld vogels of zeehonden omdat de aasbal meestal heel erg aan de oppervlakte wordt gehouden zodat gemakkelijk lucht gehaald kan worden tijdens de jacht en er minder bedreiging bestaat van haaien.

Dolfijnen zijn in staat om van strategie te wisselen. Bij West-Afrika en Brazilië zijn bijvoorbeeld dolfijnenkuddes bekend die samen met mensen vissen. De dolfijnen jagen de vis in de netten van de mens die op zijn beurt de dolfijnen belonen door ze met een deel van de vangst te belonen. Ook weten we dat er dolfijnen zijn die op de bodem met hun staart een soort cirkelvormige richel in het zand maken zodat ze daarin vissen kunnen vangen. Dat dolfijnen hun prooien soms met hun staart slaan om ze te verdoven is weer een andere bekende strategie.

In de Stille Oceaan hebben biologen gezien dat dolfijnen zelfs stukjes spons gebruikten om schaafwonden op hun neus te voorkomen wanneer zij de bodem aan het afzoeken waren naar eten. Ook gebruiken dolfijnen soms schelpen om mee te kunnen jagen.

De dolfijn wordt wel eens beschouwd als het meest intelligente dier op aarde, op de mens na. Hij zou de ‘mens van het water’ zijn. Die intelligentie wordt de dolfijn vooral toegekend door de jacht strategieën die hij er op na houdt en de wijze waarop dolfijnen deze aan elkaar kunnen overleren.  Toch moet je hier genuanceerd naar kijken. Orka’s kennen bijvoorbeeld ook hele slimme strategieën om te jagen. Dat moet ook wel, want als je van een vis houdt die sneller zwemt dan jij (tonijn) , zul je toch wat moeten. Door te wachten onder vissersboten op een aan de haak geslagen tonijn en de kop aan de haak te laten zitten door alleen het lichaam van de tonijn er af te bijten, bewijzen zij minstens zo “intelligent” te zijn als dolfijnen. En leren kunnen ze net zo goed. De meeste orka’s hebben bijvoorbeeld geleerd om achteruit te zwemmen (wat geen natuurlijk gedrag is) zodat ze daarmee beter op zeehonden kunnen jagen. Kortom, er zijn dus wel meer dieren die zich met hun intelligentie kunnen meten aan de dolfijn.

De langsnuitdolfijn (Stenella longirostris)

De langsnuitdolfijn (ook spinnerdolfijn genoemd omdat hij regelmatig het water uit springt en dan soms om zijn as draait) komt in veel warme zeeën voor en is waarschijnlijk de dolfijn die je als duiker bent tegengekomen, als je tenminste ooit tussen de dolfijnen gedoken hebt. Hij heeft een slordige 100 scherpe tanden in zijn bek en kan wel 2,4 meter lang worden. Dit is de dolfijn die je bij Dolphin House in Egypte tegen kunt komen, zoals wij dat deden in 2018 toen we daar op vakantie waren. De foto's hiernaast zijn daar genomen waardoor je Yael op sommige foto's tussen deze majestueuze dieren ziet zwemmen.

Deze dolfijnsoort rust overdag omdat hij de rest van de tijd jaagt. Overdag komen de dolfijnen dus terug naar een rustplek zoals Dolphin House, wat op zich natuurlijk ideaal is voor het toerisme. Dolfijnen en overdag! De dieren hebben hier echter veel onder te leiden. Uit wetenschappelijk onderzoek is gebleken dat de Egyptische dolfijnen voortdurend in hun rustperiode worden gestoord, hetgeen de gezondheid van de dieren niet ten goede komt met alle gevolgen van dien.

Bij veel mensen bestaat het idee dat dolfijnen het menselijke bezoek leuk vinden omdat ze anders wel uit de baai weg zouden trekken en minder boven het water uit zouden springen. Hoe goed bedoeld ook, is een dergelijk idee niet gestoeld op biologisch kennis. Langsnuitdolfijnen springen namelijk niet uit het water om te laten zien dat ze iets leuk zouden vinden, maar dit wordt gebruikt om onderling te kunnen communiceren. En wegtrekken kunnen de dieren niet omdat ze in een beschutte baai moeten rusten en zoveel beschutte baaien zijn er helemaal niet op zee.

Gedrag

Langsnuitdolfijnen leven in groepen. Op plaatsen waar weinig regels gelden voor de omgang met deze dieren (Dolphin House wordt gelukkig wel redelijk beschermd door een aantal regels) blijken deze groepen uit elkaar te vallen en vormen de dieren kleinere groepjes ter omvang van soms maar een paar dieren. Ter vergelijking: biologen hebben op open zee groepen aangetroffen van meer dan een paar duizend dieren. Gebleken is dat er op plaatsen waar dolfijntoerisme plaatsvindt, minder jongen worden geboren, de groepen klein worden en dolfijnen uiteindelijk soms geheel verdwijnen.

Soms leven langsnuitdolfijnen samen met andere soorten dieren. Bekend is dat langsnuitdolfijnen wel eens het gezelschap van tonijnen opzoeken. Dat is niet zo vreemd wanneer je je realiseert dat dolfijnen hun prooi met een soort sonarsysteem kunnen opsporen, wat een voordeel is voor de tonijnen, terwijl tonijnen hierdoor meestal onder de dolfijnen zwemmen zodat daarmee een eerste linie wordt gevormd tegen aanvallende haaien. Beetje dom dus van de tonijn, maar voor wat, hoort wat.

Niet zozeer tijdens het duiken, maar juist tijdens het varen kun je langsnuitdolfijnen in Egypte tegenkomen. Langsnuitdolfijnen zwemmen namelijk vaak met boten mee. Je ziet ze dan vooral bij de boeg. Al heel wat keren hebben we ze daar bewonderd. Ze kunnen dat lang volhouden. Het is geen uitzondering dat ze meer dan een kwartier met een boot meezwemmen. Hij zwemt ook wel zo’n 20 km per uur, dus veel moeite om de meeste boten bij te houden, heeft hij niet.

Voortplanting

Een dolfijn wordt na zes jaar geslachtsrijp en krijgt daarna meestal eens per drie jaar een jong. Tweelingen komen nauwelijks voor. Tijdens de bevalling blijft het vrouwtje onder water en verkeert ze in een gevaarlijke situatie. Ze zal voor de geboorte langzaam moeten zwemmen en omdat ze bloed verliest wordt ze vaak belaagd door haaien. Andere vrouwtjes assisteren dan ook tijdens de bevalling door langszij te zwemmen. Zij proberen daarmee aanvallers op afstand te houden.

De staart van het jong komt als eerste naar buiten, de kop als laatste. Dit heeft een heel praktische reden: zodra de kop er uit is, moet het jong zelf gaan ademen en daarvoor moet hij eerst naar de oppervlakte toe. Als de bevalling onder water te lang zou duren en de kop er als eerste uit zou komen, zou dat tot een zuurstofgebrek kunnen leiden. Is het jong geboren, dan drukt de moeder haar pasgeborene meteen naar de oppervlakte zodat het daar kan ademen.

Na de eerste ademteug zal het jong door de moeder aan haar zij worden meegenomen. Hierdoor is het goed beschermd en zal het vaak genoeg boven komen om te kunnen ademen. Het jonge dier is heel kwetsbaar en kan eenvoudig ziek worden. Wanneer de moeder geen sterke zorg voor het kind op zich neemt, is het dan ook ten dode opgeschreven.

Het jong heeft zowat een jaar in de baarmoeder gezeten voordat het geboren wordt. Een baby dolfijn is dan al wel snel 75 cm lang en zal na de geboorte nog minstens een jaar melk drinken bij de moeder. Jonge dolfijnen zijn eenvoudig te herkennen aan donkere strepen op hun rug. Deze zijn ontstaan doordat ze opgevouwen in de baarmoeder hebben gelegen. Na verloop van tijd trekken deze strepen vanzelf weg.

Dolfijnen zijn overigens niet monogaam, ze paren met verschillende leden van de kudde waar ze een onderdeel van vormen. Toch kennen ze een zekere familieband wat te zien is aan de wijze waarop ze elkaar beschermen en de wijze hoe ze onderling met elkaar communiceren.

Zintuigen

Dolfijnen kunnen best goed zien, en dat zowel onder als boven water. Ze onderscheiden ook kleuren. Ze zijn wat minder gevoelig voor rood, maar juist gevoeliger voor blauw en groen. Daarmee zijn ze natuurlijk op het onderwaterleven aangepast waar het rode licht snel wordt uitgefilterd.

Dolfijnen kunnen heel goed horen. Ze communiceren middels beweging en geluiden en een aantal geluiden dat voor ons niet meer te horen is omdat ze te hoog zijn, kunnen dolfijnen nog gemakkelijk waarnemen. Door geluid uit te stoten en naar het terugkerende signaal te luisteren, beschikken dolfijnen of een sonarsysteem waarmee ze niet alleen hun prooi kunnen vinden, maar ook hun omgeving kunnen verkennen.

Menselijke bedreiging

Het zal weinig opzien baren dat mensen de grootste bedreiging voor de dolfijn zijn. Niet alleen omdat er op hen gejaagd wordt, maar ook omdat we onverstandig met deze dieren omgaan vanuit onwetendheid. Er zijn heel wat mensen die geloven dat dolfijnen het heel leuk vinden wanneer we bij hen in het water springen, ze aaien, of ze uit onze handen laten eten. Je ziet natuurlijk ook wat je graag wilt zien. In werkelijkheid zijn dolfijnen heel gevoelig voor aanraking en kunnen ze daar ziek van worden. Daarnaast vertonen ze bepaalde gedragingen om andere redenen dan die wij er aan toekennen.

Ieder jaar worden er zowat 30.000 dolfijnen gedood. Het merendeel door Japanse vissers. Zij menen dat de dolfijnen verantwoordelijk zijn voor het teruglopen van de visstand in hun wateren. Het teruglopen van de visstand komt echter vooral door overbevissing en vervuiling dan door deze predatoren, maar probeer dat maar eens duidelijk te maken. De gedode dieren verdwijnen overigens zowat allemaal in diervoedsel. Mensen eten nauwelijks dolfijnenvlees. Ook worden er nog steeds dolfijnen gevangen voor dolfinaria en aquaria. Die vangst loont omdat voor een mooie gezonde en jonge dolfijn al snel 45.000 Euro door deze doelgroep wordt betaald.

De manier van dolfijnen vangen is bijzonder dieronvriendelijk. Een kudde dolfijnen wordt hiervoor opgejaagd naar een ondiep stuk water. Daar worden ze gedesoriënteerd door geluid te maken en tijdens deze desoriëntatie wordt een groot aantal dieren verwond met messen en speren zodat ze niet meer weg kunnen zwemmen. De rest van de kudde blijft bij deze dieren (het zijn immers sociale dieren) en kan daardoor gemakkelijk gevangen worden. Dit wordt gedaan door ze aan hun staart vrachtwagens op te takelen. Wetende dat dit dieren zijn met longen en boven water dus lang in leven kunnen blijven, ondergaan ze vaak lang helse pijnen, niet op de laatste plaats omdat de zwaartekracht niet gecompenseerd wordt door het water en ze dus ‘onder druk’ naar bijvoorbeeld het slachthuis vervoerd worden. Veel dolfijnen vinden in het slachthuis pas de dood doordat daar hun keel wordt doorgesneden en ze leegbloeden. Geen staaltje van hoogwaardig menselijk handelen, zou ik zeggen.

Haaien

Haaien vormen soms een gevaar voor dolfijnen, maar dit lijkt in praktijk toch een minder groot gevaar te zijn dan dat vaak wordt aangenomen. Biologen die dolfijnen hebben bestudeerd kwamen tot de conclusie dat dolfijnen relatief vaak haai aanvallen overleefden. Ze zijn wendbaarder en sneller. Daarnaast zijn ze slimmer. Het is toch een beetje spier tegen verstand. Meer dan 15% van de dieren die zij onderzochten bleken over littekens van haaien te beschikken. In praktijk worden haai aanvallen op dolfijnen zeer zelden gezien en we weten er dan ook nog niet zoveel van. Wel is bekend dat haaien, wanneer ze dolfijnen proberen te vangen, zich vooral richten op de kleine, jonge dolfijnen. Volwassen dolfijnen worden blijkbaar beschouwd als veel te moeilijke prooidieren.

Er gaan nogal wat verhalen rond over dolfijnen die mensen zouden beschermen tegen aanvallen van haaien. Helaas, maar ook dit verhaal zal toch een beetje naar het land der fabelen gezonden moeten worden. Het is wel voorgekomen dat haaien door dolfijnen werden weggejaagd terwijl mensen in het water lagen, maar er is weinig concreets aan deze voorvallen dat bewijst dat het ging om het beschermen van de mens. Eerder toeval dus.

Wat wel gebleken is, is dat dolfijnen mensen beschouwen als een intelligente diersoort en hen daarom accepteren in hun kudde. Freedivers hebben de ervaring opgedaan dat zij, tijdens hun duiken, werden omcirkeld door dolfijnen. Als intelligente diersoort zijn wij blijkbaar interessant voor dolfijnen. Het lijkt er op dat ze ons onderzoeken om iets van te leren. Het is daarbij duidelijk geworden dat ze ons niet zien als een dolfijn, maar als een echt andere diersoort.

Dolfijnen hebben, net als voor de jacht, strategieën om haai aanvallen af te slaan. Een aantal van deze strategieën zijn gebaseerd op het vechtsportprincipe: de beste verdediging is de aanval. Zij vallen haaien daarom aan door met hun snuit hard tegen ze aan te zwemmen, vaak tegen de zachte buik. Dit kan een verwoestend tot dodelijk effect hebben op de haai. Doordat de strategieën van dolfijnen veel ‘doordachter’ zijn dan die van haaien, er voor de uitvoering van die strategieën gebruikt wordt gemaakt van complexe samenwerkingen en dolfijnen veel sneller en wendbaarder zijn dan haaien, moeten haaien vaak hun meerdere erkennen in een kudde dolfijnen die hen willen verjagen.

Toch is het niet juist om dolfijnen en haaien als aartsvijanden af te schilderen en dat waar dolfijnen zijn, geen haaien zullen komen of vise versa. Dit beeld wordt vooral door films gesuggereerd, maar is geen resultaat van biologisch onderzoek. Haaien en dolfijnen eten hetzelfde voedsel. Wat dat betreft delen ze dus juist hetzelfde jachtgebied. Een zeebioloog die jaren onderzoek deed naar walvisachten beschreef de relatie tussen haaien en dolfijnen als een van buren die niet graag met elkaar spraken.

Onder duikers gaat het verhaal dat haaien bang zijn voor dolfijnen en duikers niet zo snel zullen aanvallen omdat ze lucht onder water uitademen en daarmee op dolfijnen zouden lijken. Ik zou daar maar niet op vertrouwen. Als haaien dolfijnen al aanvallen, dan doen ze dat juist bij de zwakkere dieren die alleen of in hele kleine groepjes zwemmen, zoals duikers doen. Weer een disillusie rijker!

Dive4all is

Aquamed logo
Officieel Aqua Med dealer. Registreer online

Mares logo
Officieel Mares Premium Reseller

Dive4all opleidingen worden uitsluitend gegeven door gecertificeerde PADI Instructeurs en Divemasters.

Dive4all PADI school Utrecht

Tweets

Een vraagje

Biologiezaken relevant voor duikers