Rond de tijd van Pasen kun je op verschillende plekken visseneieren (kuit) vinden. Hoewel visseneieren nogal afwijkend zijn van die van kippen, worden ook dit soort eitjes door mensen gegeten. Laten we eens kijken wat die verschillen nu precies behelzen.
Het moment
Kippen leggen voortdurend eieren, vissen doen dat op bepaalde momenten. Veel heeft te maken met de temperatuur van het water en de beschikbaarheid van voedsel. Jagende vissen leggen vaak hun eitjes iets eerder dan plantenetende vissen. De jongen van de jagers zijn dan groot genoeg om te ‘genieten’ van de kleine vegetariërs.
Vissen leggen overigens geen eieren, ze “schieten” die. Tenminste, zo wordt dat genoemd.
Eieren eten
Mensen aten in de oudheid al eieren. Dat is niet vreemd wanneer je bedenkt dat je voor het verzamelen van eieren betrekkelijk weinig hoeft te doen en er zeer eiwitrijk en hoogwaardig voedsel mee wordt verkregen. Je zit er daardoor ook snel vol van. Het jagen op dieren is heel wat complexer dan het verzamelen van eieren en daarom werden kinderen al jong door de rondtrekkende nomaden ingezet om eieren te zoeken.
Ook het eten van visseneieren is niet echt nieuw te noemen. Aristoteles schreef in de vierde eeuw voor Christus al dat de eieren van de steur werden gegeten tijdens banketten. En dat men dat waardevol vond, moge blijken uit het gegeven dat men voor een pot kaviaar (de eitjes van de steur) in de tweede eeuw voor Christus honderd schapen over had. Een exclusiviteit dus voor mensen uit de hogere klasse.
Hoewel er veel onwaarheden over eieren en gezondheid zijn gepubliceerd, weten de meeste mensen wel dat eieren bekend staan als een goede en gezonde bron van eiwitten. De vraag is echter of een vissenei wel net zo goed is als dat van bijvoorbeeld een kip.
Als je naar de nutriënten kijkt, dan blijkt dat evenveel vissenei als kippenei ongeveer de helft aan calorieën oplevert. Dat klinkt goed, maar het bevat ook slechts de helft van het eiwit. Maar meteen ook minder vet en minder suiker. Het bevat wel meer zout. Vergelijk je alle nutriënten dan blijft het dus moeilijk te zeggen wat nu precies gezonder is.
Alles opgeteld zou je kunnen concluderen dat visseneieren geschikt zijn voor koolhydraatarme diëten omdat ze een bron van gezond vet zijn en een uitstekende bron vormen van omega-3-vetzuren. Maar de eieren van kippen leveren voordelen zoals veel vitamine D en een goedkope oplossing voor een eiwitrijk dieet waarvan we uit onderzoek weten dat het regelmatig eten van dit soort eieren de kans op hartproblemen en beroertes kan doen verminderen.
Het is daardoor misschien teveel appels met peren vergelijken en moeten we concluderen dat het type ei dat het gezondste voor de mens is, dat ei is dat hetgeen bevat wat hij of zij nodig heeft om aan de persoonlijke dieetcriteria te voldoen. Maar de andere kant is in ieder geval ontkracht: ongezond zijn ze voor de mens niet. Beide soorten niet.
Spawning
Onder water leven heel veel verschillende soorten vissen en daardoor zijn er heel veel soorten visseneieren. We noemen visseneieren overigens kuit. Kaviaar is dus de kuit van een steur.
Kuit wordt in het Engels spawn genoemd, maar dat kan verwarring opleveren. Met spawn bedoelt men de eieren en het sperma van waterdieren. Met spawnen of spawning bedoelen we dan ook het vrijgeven van de eieren en sperma in het water en dat is dus iets dat door beide geslachten wordt gedaan. In het Nederlands kennen we voor de vrouwelijke voorplantingscellen (de eieren) het woord kuit en voor de mannelijke spermacellen hom. Hom bevrucht dus het kuit.
Voor veel vissoorten geldt dat het kuit door het vrouwtje in het water los wordt gelaten terwijl mannetjes op hetzelfde moment of vlak daarna spermatozoa vrijgeven om de eieren te bevruchten. Dit vindt dus buiten het lichaam van de ouder plaats. Het afzetten en bevruchten van het kuit wordt paaien genoemd.
Het paaien (de paring) vindt vooral plaats bij beenvissen. De beenvissen maken ongeveer 95% uit van alle vissen die nu nog leven en dus komt dit erg veel voor. Het voorntje, de baard en de brasem zijn voorbeelden van beenvissen.
We kennen ook vissen zoals haaien. Deze behoren tot de kraakbeenvissen. Haaien leggen ook eieren, maar deze blijven inwendig bij het vrouwtje en worden daar ook bevrucht. Dit lijkt daarom wat op de voortplanting van de mens.
Maar de meeste haaien zijn eierlevendbarend. Dat wil zeggen dat ze levende jongen werpen maar dat die jongen niet aan een navelstreng met de moeder verbonden waren maar aan de dooierzak (het ei) verbonden zaten. Sommige haaisoorten zijn overigens wel levendbarend, zoals de mens. Denk maar eens aan hamerhaaien. Zij ontwikkelen net als mensen een embryo met een placenta.
Maar goed, het dumpen van de kuit in het water en de hom die daar de eitjes moet bevruchten is dus verreweg de meest voorkomende manier van voortplanting bij vissen.
Broedzorg
Op de middelbare school heb je tijdens de biologieles waarschijnlijk wel gehoord over het stekelbaarsje dat op de bodem een nest maakt van plantendelen die hij aan elkaar plakt met spiggine (een stof die in de nieren wordt geproduceerd). Als een vrouwtje vol kuit zit wordt ze middels een soort dans (baltsgedrag) verleid in het nestje te gaan liggen alwaar ze door stootjes van de man wordt geactiveerd haar eieren af te zetten. Daarna zwemt het mannetje door het nestje heen en laat hom los op de eitjes. Het vrouwtje zwemt weg, en laat de eieren aan hun lot over, maar het mannetje verzorgt de eieren door ze te bewaken, aanvallers weg te jagen en door met zijn borstvinnen zuurstofrijk water aan te voeren.
Dit hele biologielesverhaal is waar, maar het is wel een uitzondering. De meeste vissen kennen namelijk geen broedzorg. Dit betekent dat ze de bevruchte kuit afzetten en hen dan aan hun lot overlaten zoals moeder stekelbaars. Maar dat is minder leuk om te vertellen dan het verhaal van het stekelbaarsje. En zeker dit onromantische idee is niet zo leuk: omdat eieren als voortreffelijk voedsel kunnen dienen, worden ze veel gegeten. Dit is een van de redenen waarom vissen zonder broedzorg zoveel eieren afzetten. Slechts een klein deel groeit uit tot een volwassen exemplaar.
De bouw
Een kippenei is, zoals je weet, een beetje ovaalvormig. Dat heeft alles met het ontstaan van het ei te maken in het kippenlijf. De eierschaal is bijzonder slim gemaakt. Het beschermd het embryo tegen de omgeving, maar moet ook door het kuikentje te openen zijn. Er kan lucht in en uit, maar bacteriën worden tegengehouden. Heel slim!
De omgeving van een vissenei (onder water) is onvergelijkbaar met dat van het kippenei. Daarom bevatten visseneieren geen schaal maar een kapsel en zijn ze door de inwendige druk onmiddellijk na de bevruchting bolvormig. Ze bevatten echter verschillende componenten die je ook in kippeneieren tegenkomt waaronder stoffen die er voor moeten zorgen dat genetische informatie tot expressie wordt gebracht (mRNA’s) en onderdelen met speciale functies zoals verantwoordelijk voor de eiwitvoorziening of de energievoorziening (de zogenaamde organellen).
Als je visseneieren bekijkt vlak voordat ze uitkomen, dan zie je in het kapsel een minivisje bewegen. Als duiker heb je dat privilege ook, en kun je dit gewoon in Nederland zien. Ik heb het zelf al meerdere malen mogen aanschouwen! Hierboven zie je overigens een jonge haai in een opengewerkt kapsel van een haaienei liggen. Dit kun je normaal niet zien, het kapsel is geheel zwart. Soms vind je dit soort lege kapsels in de branding.
Het afzetten
De meeste mensen weten dat zalm zijn best doet om de kuit op dezelfde plek af te zetten als waar ze zelf geboren zijn. Wat minder bekend is, is dat de meeste beenvissen een soortgelijk gedrag vertonen. Zij zetten de eieren steeds op dezelfde plek af. Dit worden paaiplekken genoemd. In het Veluwemeer ken ik een paaiplek waar je ieder jaar grote brasems in grote getalen samen ziet “dansen” in ondiep water. Vissen van meer dan dertig centimeter komen op dat moment regelmatig deels boven water. Schitterend om te zien!
Ook Vinkeveen bij Zandeiland 3, waar wij veel duiken, is een dergelijke paaiplek, maar dan van baarzen. Daarom kun je daar, op bepaalde tijdstippen in het jaar, niet alleen grote baarzen tegenkomen die aan het paaien zijn, maar vaak ook weken de strengen met afgezette visseneieren vinden.
De baars paait van maart tot en met juni. Het water is dan tussen de 8 en 14 graden Celsius. Maar in Vinkeveen zie je het vooral in maart en april. Daarna zijn er misschien teveel duikers de rust verstoren. De paaiplek moet immers wel aan een aantal voorwaarden voldoen.
Voor veel vissen geldt dit overigens. Veranderen die voorwaarden permanent, dan zullen ze een andere plek als paaiplek kiezen. Een haring zoekt bijvoorbeeld bij voorkeur een bodem met veel schelpen uit, platvissen een stuk waar de stroming de eitjes naar de Waddenzee zal voeren (het is daar ondieper, vol voedsel en warmer).
Afhankelijk van het soort dier zie je voorkeuren voor het afzetten van eieren onder de bladeren van waterplanten, op stenen of bijvoorbeeld in strengen. Zoveel soorten, zoveel oplossingen.
De roof
De paaigebieden zijn vanzelfsprekend een gedekte eettafel voor andere dieren. Een paling is bijvoorbeeld gek op visseneieren en zal zich in de paaigebieden ophouden zodra het paaiseizoen van start gaat. Niets mee aan de hand, daar is de natuur op ingesteld. Maar de Amerikaanse rivierkreeft die als exoot in Vinkeveen zit, is er ook weg van. En daar had de natuur geen rekening mee gehouden. Dat is dan ook een reden waarom de populatie van een aantal vissoorten enorm aan het afnemen is.
Hoewel vissoorten die geen broedzorg kennen doorgaans grote hoeveelheden eieren afzetten, blijkt dat dus niet voldoende te zijn om weerstand te kunnen bieden aan de vraatzuchtige kreeftjes die zonder natuurlijke vijand zich in deze aantallen kunnen voortplanten. De snoekbaars, die wel zijn kroost beschermd, heeft op papier misschien een grotere kans om als baby te overleven, maar schijn bedriegt.
Geloof niet dat de ene strategie echt veel beter werkt als de andere. Als dat zo zou zijn, dan zouden alle dieren wel dezelfde strategie volgen. Nee, het gaat allemaal om energie. Het kost veel energie om veel eieren te leggen, maar het kost ook veel energie om eieren te bewaken. Daarom kun je niet beide strategieën omarmen. De kreeften zijn in dusdanige aantallen dat er geen energie tegenop gewassen blijkt te zijn, met welke strategie dan ook.
Toch, wanneer we kijken naar de strengen van de baars, dan zien we dat deze heel lang in Vinkeveen onaangetast blijven liggen. Hoe dat kan? De eieren van de baars worden in strengen gelegd. Deze strengen bevatten giftige stoffen en een soort smaakstoffen die ze niet lekker maken. Ook dat kost veel energie, en is dus een derde strategie.
Uit onderzoek bleek dat als je de strengen aan kreeften voerde, dat ze na een hapje ze meteen lieten liggen en er niet meer aan kwamen. Conclusie: je kunt op dit moment het beste je energie in chemie steken, dat loont, maar dat weet je natuurlijk niet van te voren.
Overigens blijkt dat we onder andere door deze strategie meer baars dan andere vis in Nederland krijgen en daar zitten natuurlijk ook weer een aantal minpunten aan vast. Baarzen zijn immers jagers. En veel van een en weinig van andere is nooit goed in de natuur. Het toverwoord is evenwicht. Op zoveel dieren is een jager wenselijk. Dat zorgt er voor dat alle soorten blijven bestaan en de zwakke dieren eruit worden gehaald. Verstoor je dat evenwicht, dan gaat het mis.
Als duiker
Eet rustig af en toe een eitje, geniet van het onderwaterleven en kijk je ogen uit. Verbaas je over de natuur en bewonder hoe complex en fantastisch onze wereld in elkaar zit. Daarom kijk en geniet, maar raak niet aan en laat zitten. Een blad omdraaien om naar visseneieren te kijken is geen probleem, maar een afgebroken blad ligt op de grond en verkleint de overlevingskansen van de baby’s aanzienlijk. Het met vliezen per ongeluk raken van de strengen van baarzen is catastrofaal voor de embryo’s. Wij horen daar niet, wij zijn slechts op bezoek. Gedraag je dan ook als iemand die op visite is!